RENEE MENSCHAAR
De op 9 Mei 1955 te Den Haag geboren Renée Menschaar begon haar toneelcarrière in 1974 toen ze negentien was op de Toneelacademie in Maastricht waar ze slechts een jaar bleef. Ze kwam voor het eerst in aanraking met het poppenspelen bij het Werftheater in Utrecht. Bij “Sesamstraat” begon Renée in 1985 of 1986 als de rechterhand van Tommie om Bert Plagman met deze pop te helpen aangezien je hiervoor twee personen nodig hebt. In 1987 speelde ze de rol van Boris in de serie “Dr. Frankenstein”. De 1m66 lange Renée zou in 1991 de taak overnemen van Leo Dijkgraaf en de zesde poppenspeelster worden van 2m10 lange Pino. Inmiddels speelt ze deze rol al achttien jaar en is alleen bekend om haar stem. Renée was in 2004 poppenspeelster bij de film ‘Pluk van de petteflet’ en de familievoorstellingen Pippeloentje en Pippeloentje in Marokko van Theatergroep Stout. Als MaKi is ze sinds 2005 te zien in de kleuter- en peuterserie “WaWa” op de Belgische TV. In 2008 was Renée regisseuse van de familievoorstelling Anders van Theatergroep Stout. Verder werkt ze mee aan verschillende andere (poppen-) theaterproducties voor kinderen. Omdat bekend worden haar een nachtmerrie lijkt, wenst ze verder anoniem te blijven. Perry van Moov.nl sprak af met Renee Menschaar in een café in Amsterdam en merkte al vlug dat er een goedlachs en vriendelijk persoon schuil gaat onder Pino.
001.Wat is uw favoriete CD en waarom?
Dat zijn voor mij meerdere. Zo vind ik “Crying Tears” van Cuby and the Blizzards erg goed omdat ik nogal van
gitaarmuziek hou. Ook de CD ‘Motherland’ van Natalie Merchant vind ik mooi, Zij is gewoon iemand met een
prachtige stem. En tenslotte ga ik ‘I got life (And many more)’ van Nina Simone. Naar mijn mening een wereldvrouw.
002.Wat is uw favoriete nummer en wanneer zet u deze meestal op?
Wanneer ik weet dat de buren weg zijn, dan zet ik graag het nummer “Thursday Night” van Cuby and the Blizzards op.
Dan kan die namelijk lekker hard draaien. Maar ik kan ineens de week daarop fan zijn van iemand anders.
003.Draait u wel eens muziek vlak voor de opnames en/of optredens?
Altijd heb ik mijn iPod bij me, daar word ik heel rustig van. Aangezien ik zelf geen rijbewijs heb, reis ik veel met de
trein. Dus op het verkeer hoef ik niet te letten. Wanneer ik even alleen ben en kans zie, dan heb ik muziek op staan. Op
de werkvloer gaat en mag het niet. Het is daar altijd heel druk en ik moet er mijn teksten uit het hoofd leren. Verder is het
belangrijk dat je daar geconcentreerd met je werk bezig bent.
004.Hoe belangrijk is muziek in uw leven?
Het is toch wel heel belangrijk voor mij. Een vakantie zonder muziek kan ik me niet voorstellen. Sinds kort speel ik een
beetje piano, ook wat gitaar en ook zing ik graag. Ik heb heel lang in een koor gezongen. Volgend mij ben ik echt iemand
die muziek nodig heeft.
005.Met wie zou u wel eens een duet willen zingen?
Ik heb bij “Sesamstraat” een duet met Guus Meeuwis zijn en Edsilia Rombley gezongen, dat was echt heel erg leuk.
006.Wie is uw favoriete zanger/zangeres/groep?
Die heb ik niet echt. Ik luister naar zoveel verschillende soorten muziek. Rock, blues, pop en klassiek. Het hangt gewoon
af in wat voor een stemming ik ben.
007.Wat is uw favoriete sport? En beoefent u zelf ook een sport?
Ik hou er niet van om naar sport te kijken, wel doe zelf twee keer per week aan yoga.
008.U brengt Pino tot leven. Kunt u uitleggen hoe dit in zijn werk gaat?
De voeten en benen van Pino heb ik aan en die komen bij mij tot mijn buik. Pino zijn buik is weer een apart gedeelte en
is een jurk dat over mijn hoofd gaat. In de nek van Pino zit mijn hoofd. En dan komt er nog eens de kop van Pino op die
ik met mijn rechterhand beweeg. Gedurende het spelen moet ik dus steeds met mijn arm omhoog staan. Al met al bestaat
het pak van Pino dus uit drie lagen. Doordat Pino groter is dan mij zelf, heb ik een monitor in het pak en daardoor kan ik
zien waar ik loop. Meer dan dat zie ik echter niet en dat is best moeilijk, maar dat leer je wel. Aangezien ik
poppenspeelster ben gaat het spelen zelf me goed af. Maar Pino’s poten zijn erg groot en dat zorgt er voor dat het lopen
erg lastig gaat. Per jaar spelen we zes keer. Dan nemen we in zes maanden een week op, dus in totaal zes weken. De ene
keer heb ik het drukker dan de andere keer, dus over het algemeen valt het allemaal best mee. Wanneer het trouwens tijd
is voor de lunch, dan kan ik zo uit mijn pak om te gaan eten. Ik heb namelijk al jaren mijn eigen “Pino”-assistente die me
met al het nodige helpt en dat is echt nodig met zo’n groot pak.
009.Uw werkzaamheden richten zich op kleine kinderen. Komt dat enkel vanwege uw werkzaamheden als
poppenspeelster of ook omdat u het de leukste doelgroep vindt om voor te spelen?
Oh ja, absoluut. Heerlijk vind ik het om voor kinderen te spelen. Ze zijn namelijk heel eerlijk en open. Ook zeggen
kinderen altijd alles wat ze voelen. Daar kan je live juist weer gelijk op in spelen. Dat gaat niet bij “Sesamstraat”, want
dat nemen we op zonder publiek. Maar dan vind ik de crew erg vergelijkbaar. De mensen die bij “Sesamstraat” werken
zijn namelijk allemaal ook nog een beetje kind. Ik denk dat je wel een beetje kind moet zijn, anders kan je dit werk
eigenlijk niet doen.
010.U zei eens dat Pino ook wel op u lijkt. Kunt u zowel een overeenkomst als groot verschil noemen qua
karaktereigenschap van Pino en u zelf?
Het klopt dat ik dat heb gezegd. Een overeenkomst is dat we allebei wel nieuwsgierig zijn en alles willen weten. Dat is
wat ik nog steeds heb. En een verschil zou zijn dat Pino naïef is dat ben ik zelf inmiddels niet meer. Wat een hele tijd niet
kon, is dat je een Pino-pop kon kopen. Nu kan dat echter wel. Zelf heb ik een neefje van vier jaar die onder andere Pino
helemaal geweldig vindt. Er is dus best een grote kans dat hij die pop ook heeft.
011.Bij Theatergroep Stout heeft u in 2008 de voorstelling Anders geregisseerd. Hoe was dit om te doen?
Om iets te regisseren was het de eerste keer en ik vond het hartstikke leuk. Als ze me weer zouden vragen om te
regisseren zou ik het zo weer doen. Dat had ik eigenlijk niet verwacht. Ik had verwacht dat het moeilijker zou zijn om
zelf niet te spelen, maar om enkel andere te zeggen wat ze moesten doen. Ook ging ik er van uit dat ik het erg zou vinden
om zelf niet te spelen, maar dat was helemaal niet het geval. Een stuk regisseren zou ik trouwens enkel doen als ik er zelf
niet in mee speel. Je kan namelijk maar een ding tegelijk goed doen, vind ik.
012.Pino is vrij lastig te bespelen. Toch speelt u de rol alweer vierentwintig jaar. Kunt u uitleggen waarom u toch zo
lang de rol speelt als het zo moeilijk is?
Moeilijk hoeft niet altijd te betekenen ’niet leuk’. Moeilijk is ook leuk. Als je iets lastigs moet doen om het voor elkaar te
krijgen en het lukt, dan is het dubbel zo leuk. Tuurlijk is het wel zwaar om te doen, maar ik vind Pino zo leuk om te
spelen. Eigenlijk hou ik een beetje van Pino. Ik denk er nog niet over om te stoppen. Zolang als ik het nog kan doen zal
ik hem zeker met veel plezier blijven spelen.
013.Heeft u wel eens een reactie van de Amerikaanse “Sesamstraat” gekregen over hoe ze vonden dat jullie het doen?
Jazeker. Er komen vaak mensen uit Amerika naar onze set. We krijgen dan enkel lovende uitspraken over hoe wij het
hier doen. Ze bemoeien zich wel veel met hoe het gespeeld moet worden. Zeker in het begin vonden ze dat het heel erg
veramerikaans moest zijn. Dat vonden wij echter niet, hier doen we het anders met kinderen. Nu vinden ze het goed en
komen ze nog twee keer in een jaar naar Nederland.
014.Wat kunnen we op showbizzgebied in de toekomst nog van u verwachten?
Voorlopig blijf ik nog gewoon de rol van Pino spelen in “Sesamstraat”.
Kijk voor meer informatie over “Sesamstraat” op hun eigen site www.sesamstraat.nl.
Foto Renee Menschaar als Pino: Leendert Jansen
Interview: Perry Krootjes
Maak jouw eigen website met JouwWeb