In 2019 interviewde ik acteur Jaap Maarleveld bij hem thuis in Lemmer te Friesland. Het onderstaande interview is gedateerd en niet aangepast. Alles dateert dus van twee jaar geleden. Op 28 September 2021 overleed hij. Jaap Maarleveld is 97 jaar geworden.

 

JAAP MAARLEVELD

 

De op 11 Maart 1924 in Vlaardingen te Zuid-Holland geboren Jaap Maarleveld studeerde in de jaren 1945-1946 aan de Toneelschool in Amsterdam en ging vervolgens naar het Centre du Spectacle in Parijs. Hij was van 1947 tot en met 1949 bij het Rotterdams Toneel in de toneelstukken Veel leven om nietsVeel heil en zegenChristopher BlakeDe stormDe bruiloft van Kloris en Roosje en Monsterrat. Bij hetzelfde gezelschap was Jaap Maarleveld ook betrokken als muziekuitvoerende bij het theatervoorstelling De eeuwige driehoek. Hij vertaalde in 1948 bij het Nederlands Volkstoneel het toneelstuk De schelmenstreken van Scapin, terwijl hij in 1949 bij datzelfde gezelschap te zien was in de theatervoorstelling Het leven kan beter en Op hoop van zegen.

  

Van 1950 tot en met 1953 speelde Jaap Maarleveld bij Toneelgroep Puck in de toneelstukken Gevecht met de zoonAls ik koning wasDe gecroonde leersseHet feest in het SpinnebosDe wijze katerHet geheim van de prins en Romeo en Julia. Hij schreef voor dit gezelschap ook de theatervoorstelling Een vrouw en een klip. Jaap Maarleveld speelde in 1953 bij de cabaretvoorstelling De bedriegertjes en in 1955 bij De kat van huis van ABC Cabaret, het gezelschap van Wim Kan. Tussen 1957 en 1959 had hij rollen bij De Nederlandse Comedie in de toneelstukken De bruiloft van Kloris en RoosjeMacbethHet ei, Romanoff en Julia, Onder het MelkwoudGijsbreght van AemstelRichard de TweedeHet landgoed Stepantsjikowo en Dantons dood. Jaap Maarleveld richtte in 1959 Gezelschap Jaap Maarleveld op dat in 1964 ophield te bestaan. Zelf speelde hij hier in de theatervoorstellingen Wijlen Edwina Black uit 1961 en Ami-Ami uit 1963, die hij beiden eveneens vertaalde.

 

In 1960 had Jaap Maarleveld rollen in de tv-film ‘De bloeiende perzik’ en het toneelstuk Oscar. Hij was vanaf 1962 gedurende twee seizoenen te bewonderen als Okkie Trooy in de tv-serie “De avonturen van Okkie Trooy”. Datzelfde jaar speelde hij eveneens de rol van Jan Snoek in de tv-serie “De Proemel”. Verder had Jaap Maarleveld rollen in de theatervoorstellingen De grote veroveraar en Al te bont!. Hij had in 1963 rollen in de tv-film ‘Een idealist’ en de toneelstukken Het grote begin en De opvolger. In 1966 vertaalde Jaap Maarleveld de theatervoorstelling De wolken voorbij en speelde in Koning Salomo en de schoenlapper. Hij regisseerde in 1967 het toneelstuk De maanvogels.

 

Jaap Maarleveld was van 1967 tot 1976 artistiek leider van Toneelgroep De Noorder Compagnie. Zelf was hij te zien in de theatervoorstellingen Moany’s jongen huilt nietDorpsvrijageAntigoneHet onbewoonde eilandKarelHet jubileumDe beerHet huwelijksaanzoekJoseph in DotanTraanDe brugVan muizen en mensenGelukkige dagenBiedermann en de brandstichtersDe fysiciKabaal in ChioggiaDe regenmakerPrototypeDe krachtpatsersDe rekeningDe vrolijke vrouwtjes van WindsorHans KohlhaasEen vriend van de waarheid en Ora et labora. Hij speelde en vertaalde de toneelstukken Een deur moet open zijn of dichtDubbelhartige onthullingenDe ontvoering en Waar het kruis bij staat. Jaap Maarleveld speelde en regisseerde in de theatervoorstellingen De kale zangeresDe man der herinnering en Ahasverus. Ook regisseerde hij nog de toneelstukken De overledenePardon meneer en U spreekt met uw moordenaar.

 

In 1978 en 1979 had hij rollen bij de Haagse Comedie in theatervoorstellingen Coriolanus en Volpone. Jaap Maarleveld had in 1979 ook een rol in de film ‘Een pak slaag’.

 

In 1981 was hij te zien in de miniserie ‘Mata Hari’ en het toneelstuk Op hoop van zegen. Jaap Maarleveld werkte tussen 1982 en 1984 aan de solo muziektheatervoorstelling De reis van Sinte Brandaan, regisseerde samen met Michael Manicardi de theatervoorstelling Spertijd ’89 en was te zien in het toneelstuk Hadjememaar. In 1985 had hij een rol in de theatervoorstelling Leocadia. Jaap Maarlveld was ook te horen in verschillende hoorspelen. Zo vertaalde en bewerkte hij in 1985 het hoorspel Dood van een vrijgezel en speelde hierin zelf ook een rol. Jaap Maarleveld was ook te horen in de hoorspelen Het tuinfeest en De moord op de antiquair. In 1988 was hij niet alleen te bewonderen in het toneelstuk De kale zangeres, hij was ook verantwoordelijk voor de vertaling en regie. Jaap Maarleveld was in 1989 te zien in de theatervoorstelling Op hoop van zegen.

 

In 1991 speelde hij een rol in het toneelstuk Zes personages op zoek naar een schrijver. Jaap Maarleveld was in 1992 te zien als Van der Stam in de film ‘De bunker’ en in 1993 als Dokter Klein in de tv-serie “Het oude noorden”. In 1994 was hij te bewonderen in de film ‘De Flat’ en de theatervoorstelling Vor dem Ruhestand (Voor de pensionering). Jaap Maarleveld had in 1995 een rol in het toneelstuk De man, de vrouw en de moord en in 1996 stond voor het laatst in het theater met de theatervoorstelling De twaalf gezworenen. In 1998 en 1999 was hij te zien in de films ‘De trip van Teetje’ en ‘Kruimeltje’.

 

Jaap Maarleveld speelde in 2004 de rol van Marius in de tv-film ‘Deining’ en in 2013 de rol van Anton Brouwer in de tv-film ‘Nooit te oud’. Tussen 2003 en 2016 had hij rollen in de films ‘Sloophamer’, ‘Tiramisu’, ‘Lucia de B.’, ‘Onder het Hart’ en ‘Brasserie Valentijn’ en de tv-film ‘De laatste reis van meneer van Leeuwen’. Jaap Maarleveld was te zien in de korte films ‘Vetikaal’, ‘Lijn zonder lengte’, ‘Vaderdag’, ‘Daklopers’, ‘Urfeld’ en ‘Jacob’. Gastrollen had hij in tv-series als “Pipo en de Bibberhaai”, “Floris”, “Uit de wereld van Guy de Maupassant”, “De beslagen spiegel”, “Dossier Verhulst”, “Simon Winner”, “Parallax”, “Prettig geregeld”, “Help”, “Verhalen uit de bijbel”, “Zwarte sneeuw”, “Toen was geluk heel gewoon”, “’t Zonnetje in huis”, “Baantjer”, “12 steden, 13 ongelukken”, “In goede aarde”, “Doei”, “Meiden van de Wit”, “Bitches”, “Russen”, “Zes minuten”, “Keyzer & de Boer advocaten”, “Spoorloos verdwenen”, “De co-assistent”, “Spangas”, “Seinpost Den Haag”, “Mixed Up”, “Van God los”, “Malaika”, “Popoz”, “De fractie”, “Vechtershart”, “Tessa”, “Familie Kruys”, “B.A.B.S.” en “Random Shit”. Perry van Moov.nl reisde af naar Lemmer in Friesland waar hij de zeer vriendelijke Jaap Maarleveld sprak vanwege een interview voor de internetsite.

 

001.U acteert in tv-series (“De Proemel” uit 1962) en films (‘De bunker’ uit 1992), doet toneel (Veel leven om niets uit 1947) en cabaret (De

       bedriegertjes uit 1953), vertaalt voor theater (De schelmenstreken van Scapin uit 1948), was uitvoerende van de muziek voor theater (De

       eeuwige driehoek uit 1948), was (eenmalig) schrijver voor theater (Een vrouw en een klip uit 1953), regisseerde voor theater (De

       maanvogels uit 1967), was oprichter & artistiek leider (van de Noorder Compagnie uit 1967) en was vertaler, bewerker & inspreker van

       hoorspelen (Dood van een vrijgezel uit 1985). Als u uit al uw werkzaamheden een keuze moet maken die u het allerliefst doet, wat zou dit

       dan worden?

       In dat geval ga ik voor het toneelspelen als freelance acteur bij diverse gezelschappen wat ik sinds 1978 deed. De Noorder Compagnie was een

       mooie tijd, maar ook heel erg zwaar. Doordat ik artistiek leider er van was, had ik er ook veel verantwoordelijkheid bij. Die verantwoordelijkheid

       zorgde voor de nodige druk. Zowel die verantwoordelijkheid als die bijkomende druk verdwijnt als je freelancer bent. Dan gaat het enkel nog om het

       spelen zelf, wat heel erg prettig is. Toneelspelen is voor mij namelijk het aller belangrijkst. Toen we het toneelstuk Dorpsvrijage uit 1967 voor de

       jaarvergadering van de Plattelandsvrouwen in De Harmonie in Leeuwarden zouden spelen, vroeg de voorzitster me of ik vooraf wat over de

       voorstelling zou willen vertellen. Mijn vrouw Manon Alving had dit stuk vertaald. De Plattelandsvrouwen wilde naast hun vergadering ook iets om

       naar te kijken, een stukje cultuur. Ik heb het publiek toen drie anekdotes over de voorstelling verteld, oplopend in moeilijkheidsgraad. Om de minst

       moeilijke lachten de aanwezig smakelijk, bij de tweede lachten ze ook en nummer drie bleek eveneens geen probleem te zijn. Het effect van de

       inleiding was dat de aandacht er meteen was als je begon te spelen. Dat werkte bijzonder goed. Toen we hetzelfde stuk eens speelde zonder

       de inleiding vooraf, merkte we dat we het publiek niet zo mee kregen. Daarna hebben we besloten om steeds vooraf een inleiding te geven.

002.Je hoort wel eens dat ieder personage dat een acteur of actrice speelt iets van zichzelf bevat. Kunt u zowel een overeenkomst als groot

       verschil noemen qua karaktereigenschap tussen u zelf en Okkie Trooy uit “De avonturen van Okkie Trooy” van 1964?

       Diegene die voor de scripts van de serie zorgde was H.M. Meijer Jr.. Maar eigenlijk was hij geen schrijver. Hij vertelde de verhalen voor het slapen

       gaan aan zijn kinderen. Daarom moest ik zo veel mogelijk zelf invulling aan mijn rol geven. Ik heb toen besloten om Okkie als een zonnig mannetje te

       spelen. De overeenkomst met Okkie is het optimisme. Zo ben ik zelf ook wel. Verder staat hij best wel ver van mij af. Met Louis Bongers die de rol

       van Nono speelde had ik echt een werkrelatie. Buiten het werk kwamen we dan ook niet bij elkaar over de vloer. Na de serie ben ik Louis uit het oog

       verloren en ik heb geen idee hoe het vandaag de dag met hem is.

003.Op welk moment uit uw carrière bent u tot nu toe het meest trots en/of bewaart u de beste herinneringen?

       Dat is lastig. Er zijn veel momenten waar ik goede herinneringen aan bewaar. Zo wilde ze graag een voorstelling voor jongeren tussen de 16 en 18

       jaar toen ik aan Toneelgroep Puck verbonden was. Maar deze was er op dat moment nog niet. Van 1950 tot en met 1953 was ik aan dit gezelschap

       verbonden. Ik heb toen in 1953 de voorstelling ‘Een vrouw en een klip’ geschreven. Ook ben ik met ons theatergezelschap gevraagd door een

       directeur van een school in Hengelo om te komen spelen op zijn school. Gewoon, in de gymzaal of aula. Daar moesten we het stuk natuurlijk op

       aanpassen. Terwijl wij speelde, aten de studenten hun lunch. De directeur noemde het gebeuren broodje cultuur, haha. Langer dan 50 minuten

       mocht het stuk niet duren, want dan was de pauze voorbij. En ondanks dat Hengelo niet echt op onze route lag, kwamen wij daar de jaren daarna

       steeds weer terug om te spelen. Dat zijn toch wel dingen waar ik goede herinneringen aan bewaar.

004.Als u geen acteur was geworden, welk beroep had u dan wel wat geleken: uitvinder (zoals in “De avonturen van Okkie Trooy” uit 1962),

       schilder (zoals in de miniserie ‘Mata Hari’ uit 1981), boer (zoals met een gastrol in “Dossier Verhulst” uit 1986), schriftgeleerde (zoals met

       een gastrol in “Verhalen uit de bijbel” uit 1996) of havenmeester (zoals in ‘De trip van Teetje’ uit 1998)?

       Dan zou ik voor geen van bovenstaande beroepen gegaan zijn. Als ik geen acteur was geworden en het mogelijk was, dan had ik de zeevaartschool

       gevolgd om stuurman op de grote vaart te worden. Hier ben ik vroeger op afgekeurd doordat mijn ogen te slecht waren. Er werd mij toen verteld dat

       ik wel machinist kon worden, maar ik ben zelf helemaal niet technisch.

005.In 1959 richtte u Gezelschap Jaap Maarleveld op en in 1967 Toneelgroep Noorder Compagnie. Betekende uw aandeel in een tv-serie “De

       avonturen van Okkie Trooy” dat er ook meer mensen naar de voorstellingen van uw gezelschappen kwamen kijken?

       Met Gezelschap Jaap Maarleveld hebben we maar twee producties gespeeld. Namelijk de toneelstukken Wijlen Edwina Black uit 1961 en Ami-Ami

       uit 1963. Voor mij kwam het publiek niet speciaal naar het theater. Dat kwam ook omdat de tv-serie “De avonturen van Okkie Trooy” toch voor een

       heel andere doelgroep was dan waar ik voor in het theater speelde. Van 1967 tot en met 1972 was echter ook Rutger Hauer verbonden aan de

       Noorder Companie. In 1969 kreeg hij nationale bekendheid door zijn hoofdrol in de tv-serie “Floris”. Rutger zijn bekendheid heeft zeker geholpen bij

       de bezoekersaantallen van de Noorder Compagnie.

 

Interview: Perry Krootjes