HANS VAN OUDENAARDEN

 

De op 21 Februari 1959 in Vlaardingen te Zuid-Holland geboren Hans van Oudenaarden won in 1987 de Titanic – prijs voor nieuw talent met het realistisch getekende verhaal Corn. Hij begon zijn loopbaan als striptekenaar bij het stripblad Donald Duck, waar hij tussen 1987 en 1995 werkzaam bij was.

 

Tussen 1990 en 1992 werkte hij als ghost artist voor Robert van der Kroft aan Sjors & Sjimmie en voor Jan Kruis aan Jan, Jans en de kinderen. Hij kwam in 1994 met de strip Dave. In 1997 verscheen de strip Inspector Diamond. Hans tekende tussen 1998 en 2002 voor Looney Tunes Magazine. In 1999 en 2000 publiceerde Hans van Oudenaarden onder het pseudoniem El Grinco de erotische strip De kleine dood (in het Spaanse Kiss Comix en in het Franse La poudre aux rȇyes).

 

In Nederland verscheen de strip De kleine dood in 2001 als album in de Zwarte Reeks van uitgeverij Sombrero. In datzelfde jaar werd de strip eveneens onder de titel Lethal Orgasm! uitgegeven in de Verenigde Staten. Hans tekende tussen 2002 en 2009 aan de jeugdboekenreeks Bob Evers, waarvan inmiddels vijf albums van zijn verschenen. Onder de naam Vano maakte hij in 2010 samen met Caroline van der Lee de gagstrip Puppy from Hell. De strookjes werden in 2010 gepubliceerd op het web en verschijnen daarnaast in P@per en Stripnieuws. Eind 2017/begin 2018 worden afleveringen van de strip gepubliceerd in de gratis OV-krant Metro, nu onder de titel Puppy Love. In 2021 verschijnt het Puppy Love – album “Ik wil geen hondje!”. Hij bracht tussen 2013 en 2018 drie delen uit van zijn eigen creatie, Rhonda. Het eerste deel van deze reeks won in 2013 de Stripschappenning als Beste Album. In 2016 maakte Hans twee afleveringen van Meisje van papier voor de Stripglossy. Hij sloot zich in 2020 bij 75 Nederlands en Vlaamse striptekenaars aan om een grafische bijdrage te leveren aan het gratis collectieve stripboek Striphelden versus Corona. In 2021 verscheen het Wynona - album “Als de beer ontwaakt”. Perry reisde af naar Baarn waar hij de zeer vriendelijke Hans van Oudenaarden sprak vanwege een interview voor de internetsite.

 

001.Hoe is de liefde voor strips en het striptekenen bij je ontstaan?

       Vroeger waren we thuis lid van de leesportefeuille. Daarin zaten onder meer de strips Robbedoes, Kuifje, Sjors & Sjimmie en de Pep. Mijn favoriete

       strip was die van Rip Kirby die tussen 1946 en 1956 door de Amerikaanse Alex Raymond getekend werd. Die strip las ik in dagblad Het Vrije Volk.

       Het was realistisch getekend en de meest vroege strip die ik mij kan herinneringen. Tekenen vond ik zelf tot mijn achttiende heel erg leuk om te doen.

       Toen raakte het uit beeld, tot ik op mijn 26ste mijn eerste baan als professioneel striptekenaar had. Over mijn eerste klus heb ik destijds twee

       maanden gedaan.

002.In het begin van je carrière was je ghost artist voor onder andere Sjors & Sjimmie en Jan, Jans en de kinderen. Wat houdt ghost artist

       precies in?

       Een ghost artist is iemand die het van een ander doet. Zo was ik zelf tussen 1990 en 1992 zelf ghost artist bij de strips Sjors & Sjimmie en Jan, Jans

       en de kinderen. Bij Sjors & Sjimmie werd er dan onder mijn werk de naam van Robert van der Kroft gezet en bij Jan, Jans en de kinderen ging het

       om Jan Kruis. In het begin is het leuk, want je leert het vak. Vaak zijn het jonge mensen die dit doen en nog aan het begin van hun carrière staan. Ik

       zou het vandaag de dag misschien alleen nog eens doen als een collega stripmaker met zijn of haar handen in het haar zit en mij vraagt om te

       helpen. Dan sta ik er wellicht nog voor open staan om het eens als noodoplossing te doen. Om de ander uit de brand te helpen dus.

003.Kan je zowel een overeenkomst als groot verschil noemen qua karaktereigenschap tussen je zelf en de stripfiguur Rhonda?

       Ik ben het allemaal zelf qua karakters. Het is mijn fantasie namelijk. In de strips werkt Rhonda in een circus. Dat is een groot verschil natuurlijk met

       mij zelf. De overeenkomst tussen ons is dat we allebei onzeker en zoekende zijn.

004.Op welk moment uit je carrière ben je tot nu toe het meest trots en/of bewaar je de beste herinneringen?

       Voor mij is dat moeilijk om te zeggen, want ik kan alleen maar vooruit. Nu zou ik oudere werk anders tekenen. Mijn oudere werk lees ik zelden terug,

       soms één tekeningetje. Ik vind namelijk dat het altijd beter kan. In 2013 won ik de Stripschappenning voor het eerste deel van de strip Rhonda als

       Beste Album. Zo’n prijs betekend voor mij dat ik het tekenen dus wel kan en dat ik als stripmaker op de goede weg ben.

005.Hoe is het idee voor de strip Puppy Love ontstaan?

       Mijn partner Caroline (van der Lee, red.) is met het idee van de strip gekomen. Aangezien we samen wonen en zij een tekenaar nodig had, lag ik

       uiteraard het meest voor de hand. Het is als grap begonnen. We hebben er samen tien jaar aan gewerkt. Onder de naam Vano maakte ik samen met

       Caroline de strip waarvan de strookjes gepubliceerd werden op het web en daarnaast verschenen ze in P@per en Stripnieuws. Eind 2017/begin

       2018 werden afleveringen van de strip gepubliceerd in de gratis OV-krant Metro. In 2021 verscheen het Puppy Love – album “Ik wil geen hondje!”.

       Eigenlijk zijn de twee hoofdpersonen een broertje en zusje. De personages in de strip zijn allen gebaseerd op mensen en dieren uit onze directe

       omgeving. Caroline kwam met de ideetjes en dat paste we dan aan tijdens de uitwerking. Humor is heel moeilijk. Je moet jezelf af vragen waar

       de grap is en daarbij moet je op de juiste manier timen zodat de grap goed werkt.

006.Wat kunnen we op tekengebied in de toekomst nog van je verwachten?

       Er staan wel wat dingen in de planning, maar hier mag ik helaas nog niets over vertellen.

 

Interview: Perry Krootjes

Maak jouw eigen website met JouwWeb