In 2006 interviewde ik scenarioschrijver Gerard Soeteman bij hem thuis in Rotterdam te Zuid-Holland. Het onderstaande interview is gedateerd en niet aangepast. Alles dateert dus van negentien jaar geleden. Hierna is er geen nieuw werk verschenen. Op 16 Mei 2025 overleed hij. Gerard Soeteman is 88 jaar geworden.

 

GERARD SOETEMAN

Als je zijn naam hoort, weet je niet meteen wie hij is. Maar de op 1 Juli 1936 in Rotterdam geboren Gerard Soeteman heeft als scenarioschrijver al voor de nodige films gezorgd. Inderdaad, hij is verantwoordelijk dat het publiek van mooie films kan genieten. Hij staat inmiddels bekend als de vaste scriptschrijver voor Paul Verhoeven in Nederand. Zo zijn wellicht zijn bekendste films ‘Wat zien ik’, ‘Turks fruit’, ‘Keetje Tippel’, ‘Soldaat van Oranje’, ‘Spetters’, ‘De Vierde man’, ‘Flesh and Blood’ en ‘Zwartboek’ en was hij diegene die de ridderserie “Floris” in 1969 creëerde. Maar ook voor films als ‘Max Havelaar’, ‘De Aanslag’, ‘Floris’ (de filmversie van regisseur Jean van de Velde uit 2004) en ‘De Bunker’ was hij verantwoordelijk. Aan de prijzen die hij heeft gewonnen blijkt ook maar weer dat je met een man te maken hebt waar je moeilijk omheen kan: een oscarnominatie voor ‘Turks fruit’, de Golden Globe Award voor ‘Soldaat van Oranje’ en een Oscar voor ‘De Aanslag’ zijn slechts een aantal van zijn prijzen. Daarbij heeft hij in 1989 het Gouden Kalf als oeuvre-prijs gekregen vanwege zijn werk tussen 1984 en 1989. Daarnaast heeft Gerard Soeteman in 1998 voor zijn totale werk de Edmond Hustinx prijs gekregen en is tenslotte ook nog eens erelid van het Netwerk van scenarioschrijvers. Perry van Moov.nl had de eer de zeer vriendelijke, maar ook drukbezette Gerard Soeteman voor de site te interviewen.


001.Wat is uw favoriete CD?
       
Ik heb tal van favoriete CD’s. Deze draai ik al naar mijn stemming. Bijna alle amusementsmuziek tussen 1900 en 1960 vind ik schitterend, vooral

       door de teksten plus de muziek zoals Cole Porter, Irving Berlin en George Gershwin.
002.Wat is uw favoriete nummer?
       
Een echte favoriet nummer heb ik niet. Maar ik vind de muziek van Mozart erg mooi. Duetten uit opera’s en vioolconcerten (zoals Mozart, Bach, alle

       romantici als Sibelius, Tsjaikowski, Beethoven enz.).
003.Draait u wel eens muziek tijdens het schrijven?
       
Ik draai vaak muziek tijdens het schrijven, maar dan alleen instrumentaal. Teksten probeer ik altijd te beluisteren en te begrijpen en dat gaat niet

       samen met zelf teksten bedenken.
004.Hoe belangrijk is muziek in uw leven?
       
Muziek is zeer belangrijk in mijn leven. Ik luister heel vaak naar muziek die of bij mijn stemming past of juist niet. Zo pept vrolijke muziek me vaak

       weer op als ik wat somber ben.
005.Hoe belangrijk is muziek voor u in films?
       
Ook in films vind ik muziek zeer belangrijk. Het kan de stemming (de sfeer van een scène) ondersteunen. Spanning, liefde, vrolijkheid. Probeer maar

       eens een film zonder muziek te maken!
006.Wie is uw favoriete zanger/zangeres/groep?
       
Altijd prachtig vind ik Marlene Dietrich en Frank Sinatra. Maar ook klassieke zangeressen als Elisabeth Schwarzkopf.
007.Met wie zou u wel eens een duet willen zingen?
       
Ik wil anderen dit niet aandoen want ik zing afschuwelijk vals!
008.Wat is uw favoriete sport? En beoefent u zelf ook een sport?
       
Mijn favoriete sport is skiën. Daar doe ik zelf ook aan. Verder tennis en zwem ik geregeld.
009.‘Wat zien ik’, ‘Turks fruit’, ‘Soldaat van Oranje’, ‘De Vierde man’ en ‘De Aanslag’ zijn allen films waar u het boek van heeft bewerkt naar het

       scenario voor de film. In hoeverre waren Albert Mol, Jan Wolkers, Erik Hazelhoff Roelfzema, Gerard Reve en Harry Mulisch betrokken toen

       hun boek verfilmd werden?
       
Niet. Het gaat enkel om de rechten van het boek. Om dan eventuele ruzies tussen schrijver en bewerker of schrijver en producent of schrijver en

       regisseur te voorkomen heeft de boekenschrijver geen verdere invloed op het scenario. Wel hoop je natuurlijk altijd dat ze tevreden zijn met het

       eindresultaat. Als bewerker neem ik de belangrijkste dingen uit het boek en die verbind ik dan. Een boek heeft een bepaalde inhoud en is vaak vrij dik

       waardoor je al gauw veel interessante dingen voor een film niet kunt doen vanwege de speeltijd. Maar de kern van het verhaal, daar moet je

       natuurlijk wel trouw aan blijven.
010.In 1976 begonnen u en Paul Verhoeven met de research voor ‘Zwartboek’. In 2006, dertig jaar later, was de film een feit en draaide hij in de

       bioscoop. Vele scenarioschrijvers en regisseurs zouden na zo’n lange tijd stoppen met een project. Waarom was ‘Zwartboek’ zo belangrijk

       voor u?

       Dat is niet helemaal juist. In 1965 las ik al een boek dat over een advocaat ging. Hij heette de Boer en die persoon is waar Notaris Smaal in onze film

       op gebaseerd is. Het ging er over dat deze advocaat na de oorlog, in mei 1945, in zijn huis in Den Haag neergeschoten werd en dat het hier om een

       onopgeloste moord ging. Dat boekje uit 1965 over enkel die man is de basis van ‘Zwartboek’. Dat was dus nog voor de tv-serie “Floris” uit 1969 en

       ook Paul kende ik toen nog niet. Daarbij, in die tijd kon zo’n film als ‘Zwartboek’ absoluut niet gemaakt worden. Aan die onopgeloste moord heb ik

       altijd moeten denken, ik raakte er door gefascineerd. Toen ik Paul inmiddels wel kende, spraken we er geregeld over of er een verhaal in zou zitten

       voor een film. In 1999 begon ik met het scenario te schrijven met een man in de hoofdrol, maar zowel Paul als ik merkten dat het dan geen script zou

       worden. Toen vroeg ik me af hoe het verhaal zou zijn met een vrouw in de hoofdrol. Eind 2003 begon ik vervolgens aan deze versie die in 2005 klaar

       was. Dus uiteindelijk heeft het me twee jaar gekost om het uiteindelijke script met de vrouw in de hoofdrol te schrijven.

011.Tussen de tv-serie “Floris” uit 1969 en ‘De Vierde man’ uit 1983 hebben Jan de Bont, Rutger Hauer, Jeroen Krabbé, Derek de Lint en

       uiteraard Paul Verhoeven met u aan dezelfde projecten gewerkt. Die zijn allemaal hun geluk in Hollywood gaan beproeven, met het nodige

       succes. Had u nooit het idee ook die poging te wagen, scenarioschrijver in Hollywood worden?
       
Nee, dat heb ik nooit gewild. Rutger Hauer, Jeroen Krabbé en Derek de Lint zijn acteurs. Zij doen wat anderen (in dit geval de regisseur) hen

       opdragen. Als cameraman zoals Jan de Bont was reis je veel om opnames te maken, hij is nu net als Paul ook regisseur en zegt acteurs en actrices

       wat ze moeten doen. Een scenarioschrijver moet echter iets creëren en dat kan ik niet, niet in Amerika althans. Daarvoor weet ik te weinig van de

       Amerikaanse cultuur. ‘RoboCop’ zou ik niet hebben kunnen schrijven. Vanwege die Amerikaanse cultuur die ik niet begrijp. Ook hou ik niet van

       science fiction. Een film als ‘Basic Instinct’ zou ik ook niet kunnen maken omdat ik niets van de Amerikaanse politie af weet. Dat zou een heel ander

       soort film zijn geworden.
012.U wordt gezien als de vaste scenarioschrijver van Paul Verhoeven voor zijn Nederlandse films. Hoe betrokken bent u tijdens het filmen bij

       het verhaal? De films ‘Flesh & Blood’ en ‘Zwartboek’ hebben Paul Verhoeven en u samen geschreven. Hoe gebeurt zoiets?
       
Ik ben nooit op de set. En als er een verandering nodig mocht zijn dan doet Paul dit ter plekke of hij belt me op. En hoe onze samenwerking tijdens

       het schrijven verloopt? Paul heeft een huis in Nederland en is daar regelmatig. Vaak ga ik daar heen om te praten en soms ga ik ook naar hem toe in

       Amerika. Eerst praten we veel zonder ook maar iets te schrijven. Dan weet ik hoe we er beiden over denken en dan ga ik schrijven. Het scenario fax

       ik dan naar Paul die dit leest en zijn commentaar geeft om het vervolgens weer terug te faxen.
013.In 1992 schreef en regisseerde u de film ‘De Bunker’ en kon rekenen op acteurs als Thom Hoffman en Dolf de Vries. Hoe kijkt u hier op

       terug? En, kan het publiek ooit nog een film van u verwachten welke u zelf regisseert?
       
Ik kijk absoluut met veel plezier terug op de film. Eigenlijk zie ik het als een gespeelde documentaire. Je moet weten dat ik in de periode van 1964 tot

       en met 1994 werkzaam was bij de NOS TV als documentairemaker. Ook vond ik het belangrijk dat er bij het verhaal van ‘De Bunker’ niet omheen

       gedraaid werd, geen poespas maar een direct verhaal vertellen. Interesse om ooit weer eens een film te regisseren heb ik niet.

 

Interview: Perry Krootjes